Column uit de noodopvang: Ontsnappen aan de vragen
In de noodopvang barst het van het talent, van ambities, van creatieve plannen om iets te ondernemen. Zo is er een redactie ontstaan van dichters, schrijvers, kunstenaars en reporters die werkt aan kopij voor een eigen magazine. Schrijver Firas Kalousie heeft een jaar lang een mooie maandelijkse column geschreven geïnspireerd door de noodopvang. In deze laatste column van zijn hand schrijft hij over het feit dat je als vluchteling heel veel vragen krijgt, waarop je lang niet altijd het antwoord hebt of wilt geven. In september starten wij met een nieuwe serie waarin wij andere creaties van noodopvangbewoners en het verhaal erachter een podium zullen bieden.
ONTSNAPPEN AAN DE VRAGEN
Veel Nederlanders stelden mij een vraag die ik niet kon beantwoorden, of niet wilde beantwoorden, of…waar ik het antwoord niet op wist. Wil je terugkeren naar je land? Elke keer blijf ik stil en weet ik niet wat ik moet antwoorden, maar ik heb een slecht gevoel van discriminatie en een ongemakkelijk gevoel dat deze persoon die het mij vraagt niet wil dat ik hier blijf en ik moet snel terug.
Elke keer als ik op een diplomatieke manier probeer te antwoorden, maar in werkelijkheid ben ik niet blij met deze vraag, ik ben niet blij met dit wachten, en ik ben niet blij als ik op dit bed op mijn rug lig op een klein schip op een stukje zee op deze planeet, dat ik misschien moet ontvluchten omdat ik er geen klein stukje rust heb gevonden. Ik leef daar in vrede.
Soms wil ik nerveus antwoorden en zeggen: dit zijn jouw zaken niet, of ik hou niet van dit soort vragen, of ik wil zo’n stomme vraag niet beantwoorden, of je moet niet zulke vragen stellen die mij pijn doen, omdat ik een mens van deze wereld ben waar geen plaats voor is. In mijn thuisland, dat ik niet langer als mijn land beschouw of wat mij niet langer als zijn zoon beschouwt, ik vluchtte en ik accepteerde niet een crimineel of slachtoffer te zijn.
Wil je terugkeren naar je land? Ik haat deze vraag gewoon. Stel hem alsjeblieft niet. Het brengt me in verlegenheid en doet me meer pijn die je niet kan zien.
Op een dag zat ik bij een goede Nederlandse vriend thuis en besprak met hem deze vraag en hoe ik erop moest reageren. Hij gaf mij een snelle en wijze oplossing en zei: Zeg tegen wie deze vraag stelt: Ja, ik wil natuurlijk terug naar mijn thuisland, waar ik van hou. De waarheid is dat ik dit antwoord van mijn Nederlandse vriend veel heb gebruikt, en ik vond het nuttig. Iedereen die deze vraag stelt, vindt dit antwoord overtuigend en geruststellend, en slaakt een zucht van verlichting en leunt achterover op de stoel alsof hij werd bevrijd van een last die op zijn schouders rustte.
Diplomatie is net zo goed als een verdovingsnaald, maar het medicijn geneest de ziekte niet, maar verbergt deze alleen, net als alcohol en drugs. Als ik de vraag zo beantwoord, voel ik me een leugenaar en een bedrieger waaraan ik wil ontsnappen. Ik wil eerlijk kunnen zijn. De vraag naar een andere waarheid dan mijn waarheid, zoals ik deed toen ik mijn land ontvluchtte. Er waren veel vragen die ik niet wilde beantwoorden. En ik kon er niet diplomatiek over zijn, dus rende ik weg.
Stel me alsjeblieft geen vragen waardoor ik een psychologische voortvluchtige was voordat ik een fysieke voortvluchtige werd. Anders zal ik moeten liegen of wegrennen, wegrennen, wegrennen.
(Foto: door Firas ontworpen met behulp van AI)